Algemene voorwaarden

  1. Artikel 1 - Definities
  2. Uitzendonderneming: Een bedrijf dat uitzendkrachten levert aan een inlener voor het uitvoeren     van werk.
  3. Gebruiker Britt Werkt, gevestigd te Zuringveld 123 in Breda, geregistreerd bij de Kamer van Koophandel onder nummer 95089497.
  4. Opdrachtgever: De partij waarmee Britt Werkt een overeenkomst aangaat.
  5. Diensten: De door Britt Werkt te leveren prestaties, zoals advies, werving & selectie, detachering, uitzenden, zzp-bemiddeling en andere vormen van arbeidsbemiddeling.
  6. Inkoopvoorwaarden: De door de opdrachtgever gehanteerde algemene inkoopvoorwaarden, indien   van toepassing verklaard in de overeenkomst.
  7. Schriftelijk: Iedere vorm van communicatie die schriftelijk of elektronisch plaatsvindt, inclusief e-mail.
  8. Uitzendkracht: Iemand die via een uitzendonderneming werkt voor een inlener.
  9. Inlener: Het bedrijf dat uitzendkrachten inzet via een uitzendonderneming.
  10. Inleenovereenkomst: De afspraak tussen de uitzendonderneming en inlener, waarbij een     uitzendkracht via de uitzendonderneming voor de inlener werkt.
  11. Inlenersvergoeding: Het bedrag per uur dat de inlener aan de uitzendonderneming betaalt voor     de uitzendkracht.
  12. Uitzendovereenkomst: De arbeidsovereenkomst waarbij de uitzendkracht door de uitzendonderneming  aan de inlener wordt uitgeleend om onder diens leiding te werken.
  13. Payrollonderneming: Een bedrijf dat werknemers aan een inlener uitleent, waarbij de werving door de inlener plaatsvindt.
  14. Payrollovereenkomst: De arbeidsovereenkomst waarbij de payrollonderneming een werknemer aan een inlener uitleent, na werving door de inlener.
  15. Payrollen: Het beschikbaar stellen van een werknemer aan een inlener via een     payrollovereenkomst.
  16. ABU-cao: De cao voor uitzendkrachten die geldt voor leden van de Algemene Bond     Uitzendondernemingen.
  17. Overmacht: Omstandigheden die uitvoering van de overeenkomst onmogelijk maken en die buiten de controle van een partij liggen, zoals genoemd in artikel 5 en artikel 7.
  18. Schade: Iedere vorm van direct of indirect verlies, kosten of nadelen die voortvloeien uit een     handelen of nalaten in het kader van de overeenkomst.
  19. Factuurdatum: De datum waarop een factuur door Britt Werkt wordt opgesteld en verzonden aan de opdrachtgever.
  20. Adviezen: Door Britt Werkt  verstrekte informatie, aanbevelingen of suggesties op basis van bekende gegevens, zoals beschreven in artikel 15.8.

    Artikel 2 - Toepasselijkheid

  1. Deze voorwaarden gelden voor elke aanbieding en inleenovereenkomst tussen de uitzendonderneming en de inlener, tenzij schriftelijk anders afgesproken.
  2. Als de inlener eerder met deze voorwaarden akkoord is gegaan, gelden ze ook automatisch voor toekomstige inleenovereenkomsten.
  3. Alle aanbiedingen zijn vrijblijvend, ongeacht de vorm.
  4. Afwijkende algemene voorwaarden van de inlener gelden alleen als de uitzendonderneming hiermee schriftelijk instemt.
  5. Wijziging van voorwaarden : Gebruiker behoudt zich het recht voor om deze algemene voorwaarden eenzijdig te wijzigen of aan te vullen. Wijzigingen treden in werking op de door gebruiker aangegeven datum. Opdrachtgever zal zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte worden gesteld van de  wijzigingen. Indien opdrachtgever niet binnen 14 dagen na ontvangst van de     wijzigingen schriftelijk bezwaar maakt, worden de gewijzigde voorwaarden geacht te zijn aanvaard.
  6. Behoud van rechten:
    Het niet eisen van naleving van een of meerdere bepalingen in deze algemene voorwaarden door gebruiker leidt op geen enkele wijze tot het verval van enig recht of bevoegdheid van gebruiker. Gebruiker behoudt te allen tijde het recht om volledige nakoming van de overeenkomst en deze     voorwaarden te verlangen.

Artikel 3 -Facturering

  1. Facturen van de uitzendonderneming zijn, tenzij anders afgesproken, gebaseerd op de  ingevulde en door de inlener goedgekeurde tijdverantwoording.
  2. De inlener is verantwoordelijk voor het juist, volledig en op tijd invullen en goedkeuren van de     tijdverantwoording, meestal via digitale ondertekening, tenzij anders afgesproken.
  3. Bij verschillen tussen de tijdverantwoording bij de uitzendonderneming en de gegevens van de     inlener, wordt uitgegaan van de tijdverantwoording bij de uitzendonderneming, tenzij de inlener anders kan aantonen.
  4. Als de uitzendkracht de tijdverantwoording betwist, kan de uitzendonderneming factureren op basis van de opgave van de uitzendkracht, tenzij de inlener bewijst dat de tijdverantwoording klopt.
  5. Voldoet de inlener niet aan de  eisen van lid 2, dan kan de uitzendonderneming factureren op basis van de bij haar bekende gegevens, nadat daarover redelijk overleg is gevoerd met de inlener.
  6. Facturen moeten binnen 14 dagen na factuurdatum zonder inhoudingen, kortingen of verrekeningen worden betaald.
  7. Tariefwijzigingen door cao-verplichtingen of wijzigingen in wet- en regelgeving (bijv. fiscale of     sociale wetten) worden direct doorberekend aan de inlener, ook als dit gebeurt tijdens de looptijd van de overeenkomst.
  8. Alleen als de uitzendonderneming een G-rekening heeft, kan de inlener verzoeken een     percentage van het factuurbedrag daarop te storten. Dit gebeurt alleen na onderling overleg en bij overeenstemming over het percentage.

Artikel 4 -Betalingsvoorwaarden

  1. Alleen rechtstreekse betalingen aan de uitzendonderneming ontslaan de inlener van zijn     betalingsverplichting.
  2. De inlener mag geen directe betalingen of voorschotten aan de uitzendkracht doen, ongeacht de reden. Dit telt niet als aflossing of verrekening met de uitzendonderneming.
  3. Als de inlener een factuur wil betwisten, moet dit binnen 8 dagen na de factuurdatum schriftelijk worden gemeld. Na die termijn vervalt het recht op betwisting. Het betwisten van een factuur schort de betalingsverplichting niet op.
  4. Bij te late of onvolledige betaling is de inlener vanaf de vervaldatum van de factuur automatisch in   verzuim. Vanaf dat moment is een vertragingsrente van 1% per maand (of deel daarvan) over het factuurbedrag verschuldigd.
  5. Alle kosten die de  uitzendonderneming moet maken vanwege het niet nakomen van de     betalingsverplichtingen door de inlener, zowel binnen als buiten rechte, zijn voor rekening van de inlener. Buitengerechtelijke incassokosten bedragen minimaal 15% van de facturen, met een minimum van €450,-.

Artikel 5 -Ontbinding

  1. Als een partij zijn verplichtingen uit de inleenovereenkomst niet nakomt, kan de andere partij     de overeenkomst buitengerechtelijk ontbinden via een aangetekende brief.  Ontbinding kan pas plaatsvinden nadat de tekortkomende partij schriftelijk is geïnformeerd over de tekortkoming en een redelijke termijn heeft gekregen om deze te herstellen. Aansprakelijkheid van de tekortschietende partij is beperkt tot directe schade, en indirecte schade, zoals gevolgschade, winstderving en immateriële schade, is uitgesloten.
  2. Een partij kan de inleenovereenkomst direct en zonder ingebrekestelling ontbinden via een     aangetekende brief in de volgende gevallen: a. de andere partij (voorlopige) surseance van betaling aanvraagt of krijgt; b. de andere partij faillissement aanvraagt of failliet wordt verklaard; c. de onderneming van de andere partij wordt geliquideerd; d. de andere partij stopt met zijn huidige onderneming; e. er zonder toedoen van de ene partij beslag wordt gelegd op een aanzienlijk deel van het vermogen van de andere partij, of de andere partij niet langer in staat lijkt de verplichtingen   uit de overeenkomst na te komen; f. in geval van onvoorziene omstandigheden die de voortzetting van de overeenkomst onmogelijk maken, zoals langdurige stroomuitval, pandemieën, stakingen, overheidsmaatregelen, natuurrampen (bijv. aardbevingen, overstromingen), of oorlog en terrorisme. Deze gebeurtenissen worden beschouwd als overmacht, waarbij geen van beide partijen aansprakelijk is voor eventuele schade of vertragingen.
  3. Als de inlener op het moment  van ontbinding al prestaties heeft ontvangen, kan de overeenkomst alleen voor het nog niet uitgevoerde deel worden ontbonden. Vorderingen uit hoofde van de     inleenovereenkomst verjaren één jaar na het moment waarop de inlener of uitzendonderneming kennis heeft genomen of redelijkerwijs had kunnen nemen van de tekortkoming die aanleiding geeft tot de ontbinding.
  4. Facturen die vóór de ontbinding zijn verstuurd voor reeds geleverde diensten, blijven onverminderd   verschuldigd en worden direct opeisbaar bij ontbinding. De inlener is verplicht deze facturen     onmiddellijk te voldoen, ongeacht eventuele geschillen over de beëindiging  van de overeenkomst.
  5. Als de inlener, na in gebreke te zijn gesteld, enige verplichting uit de inleenovereenkomst niet of niet   volledig nakomt, is de uitzendonderneming gerechtigd haar verplichtingen jegens de inlener op te schorten zonder schadevergoeding. De inlener dient  de uitzendonderneming financiële zekerheid te bieden door middel van een  voorschot of bankgarantie, evenredig aan zijn verplichtingen uit de  inleenovereenkomst. Dit geldt ook in de situaties genoemd in lid 2.
  6. Als er redelijke twijfel bestaat over de financiële situatie van de inlener, kan de uitzendonderneming aanvullende financiële zekerheden eisen zoals vermeld in lid 5.
  7. De inlener is verplicht om tijdig en volledig te informeren over relevante omstandigheden die de uitvoering van de overeenkomst kunnen beïnvloeden. Het niet nakomen van deze verplichting kan leiden tot opschorting van de diensten of ontbinding van de overeenkomst.

Artikel 6 -Aansprakelijkheid

  1. Eventuele directe schade die voor rekening van de uitzendonderneming komt, is beperkt tot 50% van het factuurbedrag per incident. De uitzendonderneming is nooit aansprakelijk voor indirecte schade, zoals gevolgschade.
  2. De inlener moet zorgen voor een uitgebreide aansprakelijkheidsverzekering die directe en indirecte schade zoals hierboven genoemd dekt.
  3. De inlener vrijwaart de uitzendonderneming tegen claims van uitzendkrachten of derden voor schade zoals beschreven in lid 1.
  4. De  aansprakelijkheidsbeperkingen in lid 1 en 2 vervallen alleen bij opzet of grove schuld van de uitzendonderneming of haar leidinggevend personeel.
  5. De uitzendonderneming heeft altijd het recht om, indien mogelijk, schade van de inlener te herstellen. Dit omvat ook het nemen van maatregelen om schade te voorkomen of te beperken.

  Artikel 7 -Overmacht

  1. Bij overmacht worden de verplichtingen van de uitzendonderneming opgeschort zolang de overmacht duurt. Overmacht betekent elke situatie buiten de controle van de     uitzendonderneming die het nakomen van de overeenkomst onmogelijk maakt, en die niet voor haar risico hoort te komen volgens wet of redelijkheid.
  2. Zodra de uitzendonderneming in een overmachtssituatie zit, brengt zij de inlener hiervan op de hoogte.
  3. Overmacht kan onder andere bestaan uit: stakingen, blokkades, embargo's, overheidsmaatregelen, oorlog, natuurrampen zoals aardbevingen of overstromingen, grootschalige ziektes, brand, en technische storingen zoals stroomuitval.
  4. De verplichtingen van de uitzendonderneming blijven opgeschort zolang de overmacht aanhoudt. Dit geldt niet voor verplichtingen die al bestonden vóór de overmacht.
  5. Als de overmacht langer dan drie maanden duurt, of duidelijk is dat dit het geval zal zijn, mogen     beide partijen de overeenkomst beëindigen zonder opzegtermijn. De inlener blijft wel verantwoordelijk voor betalingen die betrekking hebben op de periode vóór de overmacht.
  6. De uitzendonderneming is tijdens en na de overmachtssituatie niet aansprakelijk voor enige schade bij de inlener.

Artikel 8 -Geschillen

  1. Op de inleenovereenkomst is Nederlands recht van toepassing.
  2. Bij geschillen die verband houden met de inleenovereenkomst, is uitsluitend de Nederlandse rechter bevoegd.
  3. Geschillen die bij de rechtbank moeten worden gebracht, worden behandeld door de rechtbank in het arrondissement waar de uitzendonderneming is gevestigd.

Artikel 9 -Het inlenen van uitzendkrachten

  1. De uitzendovereenkomst wordt gesloten tussen de uitzendkracht en de uitzendonderneming. Hierop is de ABU-CAO voor Uitzendkrachten van toepassing. Er bestaat geen     arbeidsovereenkomst tussen de inlener en de uitzendkracht.
  2. De uitzendkracht werkt onder leiding en toezicht van de inlener. De inlener dient dezelfde     zorgvuldigheid te betrachten als bij zijn eigen werknemers. De uitzendonderneming heeft als formele werkgever geen direct zicht op de werkplek en werkzaamheden.
  3. De werkzaamheden worden uitgevoerd zoals vastgelegd in de inleenovereenkomst. Afwijken hiervan kan alleen in overleg met de uitzendonderneming.

  Artikel 10 -Uur beloning en overige vergoedingen van de uitzendkracht

  1. Het loon en de vergoedingen van de uitzendkracht worden voorafgaand aan de terbeschikkingstelling vastgesteld en zijn gelijk aan die van vergelijkbare werknemers in dezelfde functies bij de inlener (loonverhoudingsvoorschrift).
  2. De inlener informeert de uitzendonderneming tijdig over de componenten in lid 2. Bij onjuiste     informatie is de uitzendonderneming gerechtigd om met terugwerkende kracht het loon en de vergoedingen te corrigeren en dit bij de inlener in rekening te brengen.
  3. Kan het loon en de vergoedingen niet volgens het loonverhoudingsvoorschrift worden vastgesteld, dan worden ze in overleg tussen uitzendonderneming, uitzendkracht en inlener vastgesteld, met aandacht voor opleidingsniveau, ervaring,  verantwoordelijkheden en benodigde capaciteiten.
  4. Als de inlener minder dan drie uren gebruikmaakt van de uitzendkracht na diens verschijning op de     werkplek, is hij verplicht om voor ten minste drie uren te betalen als:
  5. a. De afgesproken arbeidsomvang minder dan 15 uur per week is en de werktijden niet vastliggen b. De omvang van de arbeid niet of niet eenduidig is vastgelegd.
  1. Indien de inlener bepaalde benodigdheden vereist, zoals een verklaring omtrent goed gedrag of     persoonlijke beschermingsmiddelen, verstrekt de inlener deze. Indien de uitzendonderneming deze verzorgt, kunnen de kosten bij de inlener in rekening worden gebracht.

Artikel 11 -Bij projectmatige inzet: Inhoud van de inleenovereenkomst en opzegtermijnen

  1. In de inleenovereenkomst wordt de duur van de terbeschikkingstelling van de uitzendkracht vermeld, met een zo nauwkeurig mogelijke schatting als de exacte duur nog niet bekend is. Hierin worden ook de begin- en einddatum, het aantal te werken uren, de opzegtermijn en de arbeidsvoorwaarden vastgelegd, indien mogelijk.
  2. Als het uitzendbeding van toepassing is, hoeven de uitzendonderneming of de inlener geen     opzegtermijn in acht te nemen bij tussentijdse beëindiging, tenzij schriftelijk anders overeengekomen.
  3. Is het uitzendbeding niet van toepassing, dan betreft het een uitzendovereenkomst voor bepaalde of  onbepaalde tijd. In dit geval eindigt de inleenovereenkomst alleen door het verstrijken van de overeengekomen duur, tenzij schriftelijk anders overeengekomen.
  4. Wil de inlener de terbeschikkingstelling van de uitzendkracht tussentijds beëindigen, dan is     hij de uitzendonderneming onmiddellijk een vergoeding verschuldigd. Deze bedraagt 100% van het laatst geldende inlenerstarief voor de uitzendkracht, vermenigvuldigd met het aantal overeengekomen uren tot de oorspronkelijke einddatum.
  5. Als er geen afspraken zijn gemaakt over de duur van de terbeschikkingstelling en de uitzendkracht is werkzaam op basis van een uitzendovereenkomst voor bepaalde of onbepaalde tijd, geldt een opzegtermijn van 20 werkdagen, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen.
  6. Het is niet toegestaan voor de inlener om een arbeidsovereenkomst aan te gaan met de uitzendkracht bij projectmatige inzet.

 Artikel 12- Betaling en Deta-Vast Inzet

12.1 Betalingstermijn:
Betaling dient te geschieden binnen 14 dagen na factuurdatum, op een doorgebruiker aangegeven wijze en in de valuta waarin is gefactureerd. Bezwaren tegen de hoogte van de factuur schorten de betalingsverplichting niet op.

12.2 Verzuim:
Indien de opdrachtgever niet binnen 30 dagen betaalt, treedt automatisch verzuim in. De opdrachtgever is dan een rente verschuldigd van 1% per maand of de wettelijke (handels)rente, afhankelijk van welk tarief hoger is. Rente wordt berekend vanaf de vervaldatum tot de volledige voldoening.

12.3 Directe opeisbaarheid bij bijzondere omstandigheden:
In geval van faillissement, beslaglegging, surseance van betaling of liquidatie van de opdrachtgever worden alle vorderingen van gebruiker onmiddellijk opeisbaar.

12.4 Toerekening van betalingen:
Betalingen worden eerst toegerekend aan kosten, daarna aan rente en vervolgens aan de hoofdsom.

12.5 Privacy beleid:
De verwerking van persoonsgegevens in het kader van betalingen en facturering gebeurt conform het privacy beleid van gebruiker, beschikbaar op de website. Opdrachtgever stemt in met de verwerking van persoonsgegevens zoals beschreven in dit beleid.     

Artikel 12a:Deta-Vast Inzet en Inleenovereenkomst

12a.1 Inhoud van de inleenovereenkomst:
Bij een deta-vast opdracht, waarin de inlener vraagt een kandidaat te werven voor een vacature, worden de volgende afspraken in de inleenovereenkomst vastgelegd: a. De duur van de inzet in gewerkte uren voordat de kandidaat bij de inlener in dienst kan treden. b. Het uurtarief en eventuele onkostenvergoedingen. c. Een eind fee, indien de afgesproken inzet korter is dan 2.000 uur, vastgelegd in de inleenovereenkomst.

12a.2 Opzegtermijn na proeftijd:
Na een proeftijd van 1 maand kan de uitzendkracht niet meer zonder kosten worden opgezegd. De inlener is dan het overeengekomen uurtarief verschuldigd, vermenigvuldigd met het resterende aantal uren van de overeengekomen inzet.

12a.3 Arbeidsovereenkomst met uitzendkracht:
De inlener mag geen arbeidsovereenkomst aangaan met de uitzendkracht zolang de uitzendovereenkomst met de uitzendonderneming niet rechtsgeldig is beëindigd.

12a.4 Vergoeding bij directe indiensttreding:
Indien de inlener binnen zes maanden na beëindiging van de terbeschikkingstelling of voordracht een arbeidsovereenkomst aangaat met de uitzendkracht, is een vergoeding verschuldigd. Deze bedraagt €12,-vermenigvuldigd met 2.000 uur, minus het aantal gewerkte uren.

12a.5 Besluitvorming bij einde looptijd:
Aan het einde van de deta-vast overeenkomst kunnen de inlener en de uitzendkracht besluiten af te zien van het aangaan van een arbeidsovereenkomst.          

Artikel 13 –Werkwijze werving en selectie

a. Britt Werkt introduceert één of meer Kandidaten aan Opdrachtgever op basis van verstrekte informatie van beide partijen. Britt Werkt heeft een inspanningsverplichting, geen resultaatverplichting.
b. Opdrachtgever kan zelf beslissen om al dan niet een arbeidsverhouding met de Kandidaat aan te gaan, waarbij de voorwaarden in onderling overleg worden bepaald.
c. Britt Werkt kiest welke Kandidaten zij voorstelt. De uiteindelijke keuze en verantwoordelijkheid voor verificatie van de gegevens ligt bij Opdrachtgever.
d. Britt Werkt is niet aansprakelijk indien de Kandidaat niet voldoet aan de verwachting of als de keuze gebaseerd is op onjuiste informatie.
e. Opdrachtgever dient binnen vijf dagen na een kennismakingsgesprek een verslag aan Britt Werkt te sturen en binnen vijf dagen na totstandkoming van de arbeidsverhouding hiervan melding te maken, inclusief kopie van de arbeidsvoorwaarden.
f. Introducties van Kandidaten zijn vertrouwelijk. Indien Opdrachtgever deze gegevens aan een derde doorgeeft en dit leidt tot een arbeidsverhouding binnen zes maanden, is het opdrachtgeverstarief verschuldigd zoals bepaald in artikel 14. 

Artikel 14 –Opdrachtgeverstarief en betalingsvoorwaarden

a. Opdrachtgever is het door Britt Werkt in rekening gebrachte tarief verschuldigd volgens de opdracht(bevestiging). Zonder afwijkende afspraken geldt een tarief van 25% van het bruto jaarsalaris van de Kandidaat op fulltime basis, exclusief btw. Dit omvat vakantietoeslag, provisies, winstuitkeringen, gratificaties en bijtelling voor een eventuele leaseauto. Bij onbekende bijtelling wordt €3.250,00 gehanteerd. Indien het bruto jaarsalaris niet kan worden vastgesteld, voert Britt Werkt een marktonderzoek uit, waar Opdrachtgever akkoord mee gaat.

b. Bij arbeidsverhoudingen korter dan een jaar, deeltijd of beëindiging binnen vier weken, is Opdrachtgever toch het volledige tarief verschuldigd alsof de arbeidsverhouding een jaar en fulltime betreft .

c. Indien Opdrachtgever binnen zes maanden na introductie een arbeidsverhouding met de Kandidaat aangaat, is het volledige tarief verschuldigd, ongeacht de functie.

d. Britt Werkt is niet verplicht tot betaling van enige vergoeding, waar onder transitievergoedingen, bij beëindiging van de arbeidsverhouding met de(vervangende) Kandidaat. Vergoedingen verschuldigd aan de Kandidaat komen geheel voor rekening van Opdrachtgever.

e. Het is verboden gegevens van Kandidaten aan derden door te geven of hen aan derden voor te stellen. Overtreding leidt tot het volledige tarief. Een Kandidaat die zich via een andere weg bij Opdrachtgever meldt, wordt beschouwd als door Britt Werkt bemiddeld.

f. Bij arbeidsverhoudingen met meerdere geïntroduceerde Kandidaten is per Kandidaat het volledige tarief verschuldigd.

g. Betalingstermijn: Het opdrachtgeverstarief wordt gefactureerd zodra de arbeidsverhouding tussen de Opdrachtgever en de Kandidaat is bevestigd. Opdrachtgever dient de factuur te voldoen binnen 14 dagen na de factuurdatum, tenzij anders schriftelijk overeengekomen.

h. Extrakosten: Eventuele extra kosten, zoals reiskosten of administratiekosten, worden alleen in rekening gebracht indien deze vooraf schriftelijk met de Opdrachtgever zijn overeengekomen .i. Verzuim van betaling: Indien de Opdrachtgever niet tijdig aan zijn betalingsverplichtingen voldoet, is Britt Werkt gerechtigd om de wettelijke rente in rekening te brengen vanaf de vervaldatum van de factuur. Daarnaast komen alle redelijke kosten voor incasso, zowel gerechtelijke als buitengerechtelijke, voor rekening van de Opdrachtgever.

j. Verrekening: Het is de Opdrachtgever niet toegestaan om enige vordering op Britt Werkt te verrekenen met het verschuldigde opdrachtgeverstarief zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Britt Werkt. 

Artikel 15 -Selectie van uitzendkrachten

  1. De uitzendonderneming selecteert de uitzendkracht op basis van de beschikbare informatie over     diens kwalificaties en vaardigheden, en op basis van de informatie die de inlener geeft over de te verrichten werkzaamheden.
  2. De inlener mag geen eisen stellen die niets te maken hebben met de functie. Zulke eisen worden door de uitzendonderneming ook niet gehonoreerd.
  3. Als de uitzendkracht niet aan de gestelde eisen voldoet, heeft de inlener het recht om dit binnen 2     werkdagen na de start van het werk te melden aan de uitzendonderneming. In dat geval is de inlener geen vergoeding verschuldigd.
  4. Bij projectmatige inzet (zoals beschreven in artikel 11) kan de uitzendonderneming tijdens de looptijd van de overeenkomst een vervangende uitzendkracht voorstellen,  bijvoorbeeld als de huidige uitzendkracht niet meer kan werken. Het inlenerstarief wordt dan opnieuw vastgesteld.

      Artikel 16 : Anti-discriminatie

a. Britt Werkt hanteert een strikt antidiscriminatiebeleid en wijst iedere vorm van discriminatie af, inclusief onderscheid op basis van leeftijd, geslacht, burgerlijke staat, seksuele gerichtheid, levensbeschouwing, ras, etnische afkomst of nationaliteit. Verzoeken van de Opdrachtgever om dergelijke discriminatie te bevorderen worden niet in behandeling genomen.
b. Discriminatoire verzoeken worden alleen gehonoreerd indien er sprake is van objectieve rechtvaardiging, wat inhoudt dat:
i) er een legitiem, functie gerelateerd doel is;
ii) het middel geschikt is om dat doel te bereiken;
iii) er proportionaliteit is ten opzichte van het doel;
iv) er geen andere, minder onderscheid makende manieren zijn om het doel te bereiken.
c. Indien Britt Werkt vermoedt dat er een discriminatoir verzoek is zonder objectieve rechtvaardiging, zal dit worden teruggekoppeld en zal Britt Werkt de introductie van een Kandidaat opschorten.

Artikel 17 -Zorgverplichting van de inlener en vrijwaring jegens de uitzendonderneming

  1. De inlener is op de hoogte van zijn verplichting volgens de Arbowet en artikel 7:658 BW om te zorgen voor een veilige werkplek voor de uitzendkracht. De inlener moet duidelijke aanwijzingen geven om te voorkomen dat de uitzendkracht schade oploopt tijdens het werk.
  2. Vóór de start van de terbeschikkingstelling moet de inlener de uitzendkracht en de     uitzendonderneming op tijd informeren over de vereiste beroepskwalificaties en de Risico-Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) met de specifieke risico's van de werkplek.
  3. De inlener mag de uitzendkracht niet doorlenen aan een derde zonder toestemming van de uitzendonderneming, waarbij de uitzendkracht onder toezicht en leiding van die derde zou     werken.
  4. De inlener is verantwoordelijk voor het vergoeden van schade die de uitzendkracht oploopt tijdens het werk, tenzij de schade grotendeels door opzet of bewuste roekeloosheid van de uitzendkracht komt, zoals vermeld in artikel 6.
  5. Mocht de uitzendkracht in de uitoefening van zijn werk zodanig letsel oplopen dat dit tot de dood     leidt, dan is de inlener, volgens artikel 6:108 BW, verplicht de schade te vergoeden aan de nabestaanden en de uitzendonderneming, tenzij de schade grotendeels door opzet of bewuste roekeloosheid van de uitzendkracht komt.
  6. De inlener vrijwaart de uitzendonderneming tegen alle aanspraken die ontstaan door het niet     nakomen van de zorgverplichtingen genoemd in lid 1. De uitzendonderneming     mag haar aanspraken overdragen aan belang hebben den of deze namens de uitzendonderneming tegen de inlener handhaven.
  7. De inlener is verplicht een adequate aansprakelijkheidsverzekering af te sluiten die alle directe en     indirecte schade zoals genoemd in dit artikel dekt.

Artikel 18 -Identificatie en persoonsgegevens

  1. Bij de start van de terbeschikkingstelling moet de inlener de identiteit van de uitzendkracht     controleren aan de hand van een origineel identiteitsdocument. Een kopie     van dit document wordt bewaard in de administratie van de inlener.
  2. De inlener behandelt alle persoonlijke gegevens van de uitzendkracht die tijdens de     terbeschikkingstelling worden verstrekt, vertrouwelijk en verwerkt deze     volgens de Wet bescherming persoonsgegevens.
  3. De uitzendonderneming is niet verantwoordelijk voor boetes of claims die de inlener krijgt als hij de     verplichtingen uit de bovenstaande leden niet nakomt.

Artikel 19 -Auto van de zaak en bedrijfssluiting

  1. Als de inlener van plan is de uitzendkracht een auto van de zaak te geven, moet dit direct aan de     uitzendonderneming worden doorgegeven. Alleen in overleg met de uitzendonderneming kan worden afgesproken dat de auto ook privé mag worden gebruikt, zodat dit correct kan worden verwerkt in de loonheffing. Laat de inlener dit na, dan is hij verantwoordelijk voor alle schade, kosten en (fiscale) gevolgen die de uitzendonderneming hierdoor lijdt. Eventuele schade, boetes of andere kosten moet de inlener zelf terugvorderen bij de uitzendkracht. Deze kosten verrekenen met facturen van of doorbelasten aan  de uitzendonderneming is niet toegestaan.
  2. Als er tijdens de terbeschikkingstelling een bedrijfssluiting of verplichte vrije dag is,  moet de inlener dit bij het opstellen van de inleenovereenkomst aan de  uitzendonderneming melden. Zo kan de uitzendonderneming hiermee rekening houden bij het bepalen van de arbeidsvoorwaarden. Laat de inlener dit na, dan blijft hij verplicht om voor de duur van de bedrijfssluiting of verplichte vrije dag de uren zoals afgesproken in de inleenovereenkomst te betalen, vermenigvuldigd met het laatst geldende inlenerstarief.

          VOORWAARDEN VOOR PAYROLLEN

Artikel 20 -Toepasselijkheid hoofdstuk 1 en 2

  1. Wanneer er sprake is van een payrollovereenkomst tussen de werknemer en de payrollonderneming, gelden de bepalingen uit hoofdstuk 1 en 2 van deze algemene voorwaarden ook voor de relatie tussen de payrollonderneming en de inlener. Dit geldt echter niet voor artikel 11, lid 2 tot en met 5, en artikel 13.
  2. Waar in hoofdstuk 1 en 2 wordt gesproken over "uitzendonderneming", "uitzendkracht"     en "uitzendovereenkomst", dient dit bij payrolling gelezen te  worden als "payrollonderneming", "werknemer" en payrollovereenkomst".

Artikel 21 -Facturatie
Als de werknemer door onvoorziene omstandigheden, zoals ziekte of leegloop, niet kan werken, wordt ook over de niet-gewerkte uren gefactureerd, mits de payrollonderneming verplicht is het loon door te betalen aan de werknemer. Afspraken over de facturatie van feestdagen en vakantiedagen worden apart in deinleenovereenkomst vastgelegd.

Artikel 22 -Aanvullende arbeidsvoorwaarden
Het toepassen van arbeidsvoorwaarden uit de cao van de inlener is alleen toegestaan als dit niet in strijd is met de geldende ABU-cao voor Uitzendkrachten en voor zover dit schriftelijk is overeengekomen.

Artikel 23 -Aangaan en beëindiging van de inleenovereenkomst

1.  Voordat de payrollonderneming en payrollovereenkomst met de werknemer aangaat, moet de inlener juiste en volledige informatie verstrekken over het arbeidsverleden van de werknemer bij de inlener. Als de inlener onjuiste of onvolledige informatie geeft, is hij verplicht de daaruit voortvloeiende schade voor de payrollonderneming te vergoeden.

2.    De inleenovereenkomst kan pas worden opgezegd of, in afwijking van artikel 5, ontbonden wanneer de payrollovereenkomst tussen de payrollonderneming en de werknemer rechtsgeldig is beëindigd. Indien nodig, verleent de inlener medewerking aan het payrollen van de werknemer via een derde werkgever of aan het (opnieuw) in dienst nemen van de werknemer.

3.    Indien het voortzetten van deinleenovereenkomst niet meer redelijk en billijk is, kan deze eerder worden opgezegd dan zoals bedoeld in lid 2. Wanneer de payrollonderneming echter eenloondoorbetalingsverplichting heeft jegens de werknemer, dient de inlener eenopzegtermijn van minimaal drie maanden in acht te nemen, tenzij schriftelijkanders is overeengekomen.